Op 14 juni 2016 heeft Nederland eindelijk het VN-verdrag voor de rechten van personen met een handicap ondertekend. Met dit verdrag wordt de gelijke behandeling van mensen met een handicap (waaronder ook onze doelgroepen vallen) naar een hoger plan getild. Het gaat over zaken als recht op toegang tot regulier onderwijs en een verbod op discriminatie, ook op het gebied van goederen en diensten, waaronder private verzekeringen vallen.
Sinds 2003 bestaat de Wet gelijke behandeling op grond van handicap of chronische ziekte (Wgbh/cz). In de Wgbh/cz is geregeld dat mensen met een beperking of chronische ziekte net als ieder ander behandeld moeten worden. De wet moet mensen met een beperking beschermen tegen discriminatie. Om mensen met een beperking gelijke kansen en mogelijkheden te geven, moeten soms aanpassingen gedaan worden. Daar verbindt de wet drie voorwaarden aan:
- De aanpassing moet geschikt zijn (zij neemt de belemmering weg)
- De aanpassing moet noodzakelijk zijn (doel kan niet op een andere manier worden bereikt).
- De aanpassing vormt geen onevenredige belasting.
De Wgbh/cz gold al voor de terreinen onderwijs, arbeid, wonen en openbaar vervoer. Voor de ratificatie van het VN-verdrag is de wet uitgebreid met goederen en diensten. Dat betekent dat, naast onderwijsinstellingen, werkgevers, aanbieders van woningen en openbaarvervoersbedrijven, nu óók horecagelegenheden, musea, winkels, bioscopen, verzekeraars en zorginstellingen zich aan de wet moeten houden.
Plicht tot onderbouwing bij weigering van iemand met ADHD
Zo moeten verzekeraars voortaan met goede argumenten komen om iemand op grond van diens ADHD te weigeren voor een verzekering. De aangepaste Wgbh / cz verplicht verzekeraars dus NIET om iedereen met ADHD te accepteren, maar ze verplicht hen wel om beter dan nu het geval is te onderbouwen waarom iemand eventueel geweigerd wordt.