Maurice Bernaards is docent op het mbo en maakt van zijn dyslexie geen geheim. Daarvoor moest hij wel wat overwinnen. Maar dan heb je ook wat. ‘Ik begrijp wat studenten met dyslexie doormaken.’
Tekst: Maurice Bernaards
Jarenlang heb ik met veel liefde een baan in de luchtvaart gehad. Ik mocht de hele dag operationele puzzels oplossen om vertragingen binnen de KLM te voorkomen of zo klein mogelijk te houden. Bij uitstek en job voor een dyslect. Wij kunnen als geen ander de logica van een lastige opgave doorzien en dat was de essentie van mijn werk. Helaas kreeg ik te veel last van de onregelmatige uren en ben ik toch op zoek gegaan naar een nieuwe baan. Zo werd ik 4 jaar geleden docent luchtvaart operatie op het mbo.
Het eerste woord dat ik op het bord zette, was natuurlijk helemaal verkeerd geschreven
Nu mag ik iedere dag aan studenten vertellen over het mooie vak dat ik 12 jaar deed. Ook deze nieuwe baan ervaar ik bijna als een hobby, zoveel plezier beleef ik eraan. Maar ik moest wel wat overwinnen. De eerste keer voor de klas voelde vreemd, want het eerste woord dat je op het bord gaat zetten, is natuurlijk helemaal verkeerd geschreven. In 2015 heb ik in Amsterdam bij Sjan Verhoeven een cursus gevolgd, die mij handvatten gaf om te leren omgaan met mijn dyslexie. Wat ik daar leerde gaf mij voldoende zelfvertrouwen om gewoon dat eerste woord op het bord te zetten voor een klas van 25 studenten, nou zeg maar pubers. Uiteraard schreef ik het woord verkeerd. Maar ja, wie let daar op… 25 studenten dus.
Wie van jullie heeft dyslexie?
Gelukkig voelde ik op dat moment geen schaamte meer. Sterker nog, ik werd er sterker van. Ik ben bovendien goed gebekt, dus mijn volgende vraag aan deze 25 studenten was wie er allemaal dyslexie had. Aarzelend staken twee hun vinger op. Uiteraard was ook mijn vinger omhoog. Vanaf dat moment was het ijs gebroken en verbeterden de studenten mij met alle plezier als ik een woord verkeerd schreef. Er kwam wederzijds begrip. Een dyslectische docent hadden ze immers nog niet gezien.
Ik besloot om het standaard zo aan te pakken. Aan het begin van ieder leerjaar of als ik op een andere opleiding een gastles geef, vertel ik dat ik dyslexie heb en stel ik de vraag wie van de studenten dyslexie heeft. Ik stel mijzelf kwetsbaar op, maar het levert zowel mij als de leerlingen juist (zelf)vertrouwen op. De leerlingen weten meteen dat de manier van schrijven niet iets is waar ze op worden afgerekend, ook in de toets resultaten.
Kennis is belangrijker dan correcte spelling
Wat is belangrijk? Dat ze het woord Marechaussee kunnen schrijven? Of dat ze weten wat de werkzaamheden van de Marechaussee op de luchthaven zijn? Voor mij als docent het laatste. Hilariteit was er toen ik moest invallen voor mijn collega die het vak Nederlands geeft. Tja, want inmiddels ben je bekend als de dyslectische docent, en dan is het vak Nederlands wel een heel raar vak. Dat was het ook, en dat werd een fantastische les met galgje door dyslecten voor niet-dyslecten. Daarmee creëer je ook voor studenten die stoeien met deze aandoening eens een leuke les, en begrip van de andere studenten. Leuk als een woord ineens wel goed was geschreven.
Faalangst
Als docent heb je ook de taak om studenten te begeleiden in hun schoolcarrière. Ik heb veel dyslecten in mijn mentorgroep zitten. Als geen ander begrijp ik wat ze meemaken en waar ze moeite mee hebben op school. Vrij snel leer ik deze studenten over het “hulpvraagsyndroom” heen te stappen. Faalangst is in zeer hoge mate aanwezig en dat komt tijdens bijeenkomsten veel aan bod. Durf de vraag te stellen, durf aan te geven waarom je iets niet kan of niet wil doen. Hierin stappen zetten gaat niet van het ene op het andere moment. Daar doen we maanden en soms een jaar over, maar het helpt iedereen. Ook mij, want ik leer nog steeds veel over dyslexie.
Begrip van collega’s
Als je dit leest, klinkt het misschien als een heldenverhaal, maar dat is het zeker niet. Er is zeker een keerzijde aan docent zijn met dyslexie. Mijn collega’s vonden het in het begin heel raar. Waarom kun je niet in goed Nederlands een studiehandleiding opstellen, of een toets maken? Het heeft heel wat gekost, voordat ik mijn collega’s kon uitleggen hoe het werkt in mijn hoofd en waarom iets mij wel of niet lukt. Gelukkig gaf mijn leidinggevende mij hiervoor de kans. Ik moest daarbij ook weer de bekende schaamte en faalangst overwinnen. Maar het zorgde uiteindelijk wel voor begrip. We zijn als docentencorps op een punt dat er zelfs een grapje gemaakt kan worden over mijn dyslexie. En waarom niet? Ik kan tegen een grap, en het zorgt er ook voor dat er luchtig wordt omgegaan met de materie. Gevolg is dat ik nu zonder schaamte mijn studiehandleidingen en toetsen kan opstellen zonder naar de Nederlandse docente te gaan voor een spellingscheck. En soms laat ik mijn collega’s wel mijn teksten checken als ik dat zelf nodig acht. Bijvoorbeeld bij belangrijke e-mails, projecthandleidingen en de altijd lastige notulen van vergaderingen.
Iets betekenen voor studenten met dyslexie
Al met al heb ik geen seconde spijt van mijn carrièreswitch. Mijn studenten met dyslexie weten mij te vinden als ze vragen hebben en om hun verhaal kwijt te kunnen. Ik luister graag naar ervaringen van studenten en help ze waar ik kan. Ik begrijp goed wat studenten met dyslexie doormaken. Het voelt heel goed om vooral voor de dyslectische studenten echt iets te betekenen. Ookal is niet iedere dyslect is hetzelfde. Studenten waarderen mijn eerlijkheid en de kennis die ik meebreng uit mijn functie. Zo heb ik mijn Bachelor in Aviation Management niet voor niks behaald.
Deze blog verscheen eerder in Impuls & Woortblind Magazine nr 1 – 2021. Download hier de PDF.